Conflicten en emoties: ons lichaam spreekt

Spanningen op de werkvloer zijn eerder regel dan uitzondering. Onderhuidse stress en aanslepende conflicten hakken er stevig in bij mensen. De stress kruipt onder de huid en spanning zet zich vast in ons lichaam.

Ons taalgebruik is dan ook rijk aan lichamelijke uitdrukkingen:

“Die ruzie van vorige week ligt nog steeds op mijn lever”

“Ik wil dat politiek gekonkelfoes niet aan mijn hart laten komen”

“Die uitspraak van mijn leidinggevende voelde als een stomp in mijn maag”

“Als ik op het werk kom, verkramp ik meteen”

 

Conflicten roepen emoties op en emoties zitten in ons lichaam. Boosheid zit in een toegeknepen vuist, angst in oppervlakkige ademhaling, verbetenheid in verkrampte kaken, verdriet in afhangende schouders, opwinding in een verhoogde hartslag.

(Voor de zomer heb ik ook bij de cardioloog gezeten door de druk van een aantal zware trajecten die me niet loslieten!)

 

Overlevingsmechanismen op kantoor

Conflictsituaties en gespannen relaties duwen mensen in overlevingsmechanismen: vechten of vluchten. Onze primaire beschermingsreflexen worden geactiveerd.

Veel mensen nemen afstand van het conflict en gaan letterlijk of figuurlijk op de vlucht. Ze gaan de situatie – meestal om goede redenen! – niet openlijk of direct aan. Wat je ziet gebeuren is onder andere:

vluchten in het werk, woorden inslikken, relativeren en rationaliseren, afhaken en afstand nemen, afleiding zoeken, zich verdoven (o.a. alcohol, televisie) of letterlijk vertrekken.

Anderen gaan het gevecht openlijk of indirect aan. Dat is onder andere zichtbaar als:

ruzie maken, zich laten gelden, rivaliteit, politiek gedrag , anderen uitdagen.

Ze zoeken verontwaardigd naar bondgenoten en ventileren hun emoties. Soms komt de opgekropte woede er weinig elegant uit: schreeuwen, ongenuanceerde verwijten of irrationele driftbuien. Mensen worden meegesleurd door hun kwaadheid en verliezen elk gevoel voor nuance, empathie of rationaliteit.

Minder bekend is de derde beweging die beschreven wordt als “please-and-appease”. Wanneer we gevaar waarnemen, knopen we relaties aan en worden we vrienden. Dit is een vorm van zichzelf wegcijferen: onze eigen mening en behoeften worden naar de achtergrond geschoven. We doen onszelf tekort uit angst voor het conflict. Dit uit zich bijvoorbeeld als:

erg je best doen om vriendelijk te zijn, please gedrag, anderen geven wat ze willen, toegeven, soms zelfs flirten.

Het gaat om overleven.

 

De lichamelijke weerslag van conflictsituaties

Wanneer het niet veilig genoeg is om te spreken blokkeren we de energie die in ons lichaam gemobiliseerd is: we gaan oppervlakkiger ademen, we spannen ons lichaam op en blokkeren de woorden in onze keel. Door dit gebrek aan zuurstof zullen we opwinding ervaren als angst. De energie kan niet ontladen worden en zet zich ergens in het lichaam vast.

Wanneer we onze mening ongezouten ventileren, ons thuis boos maken op onze baas of ons opwinden tijdens gesprekken bij de koffiemachine, helpt dit helaas niet om rust te vinden. Het tegendeel is eerder waar: als we ons boos maken nemen de opwinding en kwaadheid juist toe.

Hoe langer dit soort situaties duren, hoe meer ravage ze aanrichten in ons lichaam. Met alle gevolgen van dien: slapeloosheid, depressie, burn-out, hartklachten, chronische rugpijn, migraine.

Bij langdurige stress komen grote hoeveelheden cortisol vrij die het lichaam voorbereiden op een langdurige strijd. Dit tast ons vermogen om helder te denken aan.

Het wordt pas echt gevaarlijk als we niet eens meer voelen dat we stress hebben en er aan gewend raken. Ondertussen gaat de roofbouw op ons lichaam verder…

 

“Maak het eenvoudig. Verhoog het contact. Weg met obstakels.” (Marina Abramoviç)

 

Lichamelijke aspecten in bemiddeling

Bemiddeling is gericht op herstel van het contact tussen mensen. We proberen de blokkades in het contact weg te halen.

Dit doen we door het creëren van een zo veilig mogelijke setting en door het bieden van structuur en steun. De deelnemers worden uitgenodigd om vanuit zichzelf te spreken, naar elkaar te luisteren en met elkaar in dialoog te gaan. Uiteraard is dit een grote stap die gepaard gaat met heel wat onrust, angstzweet en zenuwen.

Bij de start van een bemiddelingsgesprek laat het lichaam zich ook horen! Een aantal uitspraken van deelnemers aan een bemiddelingstraject:

“Nu is mijn bloeddruk enorm hoog. Deze dag zal goed geweest zijn als mijn bloeddruk straks om 5 uur een stuk lager is!”

“De adrenaline giert door mijn lijf!”

“Ik zit hier te daveren op mijn stoel!”

“Ik heb nu al koppijn!”

 

Soms deel ik wat ik zelf in mijn lichaam ervaar (vanuit de hypothese dat dit mogelijk iets zegt over wat er in de groep leeft): spanning in mijn nek, een onrustig gevoel, hoofdpijn. Dat helpt de groep om het te hebben over hoe spannend het is om rechtstreeks met elkaar in gesprek te gaan en waar mensen bezorgd over zijn. Zo kunnen we rekening houden met wat ieder nodig heeft om iets meer op zijn gemak te zitten.

Wanneer een groep er in slaagt het gesprek aan te gaan en door ‘het dal’ te gaan door openlijk te spreken, dan ontspannen de lichamen zich. Er gaan een zucht van ‘verlichting’ door de ruimte.

We kunnen eindelijk weer uitademen

 

 

Inspiratie o.a. Pete Hamill (2013), Embodied Leadership, Kogan Page

 

Copyright ©  Silvia Prins (2017). Alle rechten voorbehouden. Artikelen of delen hieruit mogen elders gepubliceerd worden, maar alleen op o.v.v. het copyright en de naam van de website. Dank om me hiervan op de hoogte te stellen.